Joseph Beuys
Joseph Beuys: controversieel oorlogskunstenaar
De Duitse kunstenaar Joseph Heinrich Beuys groeit op als een bijzonder muzikaal getalenteerd kind met een voorliefde voor cello en piano. In 1936 wordt de 15-jarige Beuys cellist in het orkest van de Hitlerjügend. Na de oorlog wil hij een carrière in de kunst en studeert hij van 1946 tot 1951 aan de kunstacademie Düsseldorf. Als beeldend kunstenaar maakt Beuys furore met politiek-maatschappelijk geïnspireerde installaties, plastische objecten, tekeningen en performances. Hij doceert aan de Academie van Düsseldorf en wordt gezien als een van de meest invloedrijke Duitse kunstenaars van zijn generatie - en tegelijk ook een van de meest controversiële.
In de Tweede Wereldoorlog is Beuys marconist (telegrafist) in een Stuka-bommenwerper. Tijdens een missie boven de Krim wordt het toestel neergeschoten. Hij overleeft en wordt onderkoeld én in coma onder de wrakstukken van het toestel teruggevonden door Tataren. Ze smeren hem in met vet en omwikkelen hem in vilt om hem warm te houden. Uiteindelijk ontwaakt Beuys in een Duits veldhospitaal. Het incident is in al haar onderdelen een prelude op zijn artistieke ontwikkeling die zich na de oorlogsjaren zal voltrekken. Beuys' internationale handelsmerk, de vilten hoed, bedekt bijvoorbeeld de zilveren plaat die na het ongeluk in zijn schedel werd ingeplant. Deze persoonlijke mythe heeft een grote invloed op zijn latere werk, dat gekenmerkt wordt door ongebruikelijke materialen (vilt, vet, thee,…) en inhoudelijke tegenstellingen die duidelijk verwijzen naar de tegenstellingen tussen Oost en West, arm en rijk, gevangen of bevrijd. In zijn iconisch geworden performance I Like America and America likes me waarin hij drie dagen samenleeft met een coyote, ingepakt in vilt en met een herdersstaf in de hand, lijkt hij onder andere ook te verwijzen naar zijn verblijf bij de nomadische Tataren en te spelen met de angst voor de ander, in een sjamanistisch helingsritueel dat symbool werd voor zijn verzet tegen de oorlog in Vietnam. De titel roept ook de reclamespot voor de frisdrank 7-Up op.
Exemplarisch voor de geest van zijn oeuvre is het werk Wirtschaftswerte (‘economische waarden’) dat bestaat uit een reeks metalen rekken waarop voedingswaren uit de voormalige DDR staan uitgestald, geflankeerd door 19de-eeuwse schilderijen en een blok gips. De opstelling confronteert ons met de toenmalige scheiding tussen communistisch Oost- en kapitalistisch West-Duitsland. De van kleur verschoten schamele pakjes uit het communistische verleden staan in schril contrast met de schreeuwerige verpakkingen uit het Westen, terwijl de bourgeoisschilderijen het contrast tussen het ‘rijke’ Westen en het ‘arme’ Oosten enkel versterken. De kunstenaar smeerde het massieve blok gips (symbool voor het rationele denken) in met een laagje zachte boter.
Eind jaren zestig is Joseph Beuys zeer actief in Antwerpen, waar hij meewerkte aan het uitvouwen van de avant-gardistische Wide White Space Gallery van Anny De Decker en Bernd Lohaus. Er ontstond ook een bijzondere verstandhouding met Panamarenko, die hem steeds als een artistieke medestander beschouwde. Beide wilden grenzen opheffen en alle vrijheid aan de kunst laten. Beuys deed uitspraken zoals “denken is een vorm van plastische kunst” en “kunst is een vrijheidswetenschap”.
Ook als professor aan de Academie laat de vrijheidsdenker zich niet onbetuigd. Hij besteedt veel tijd en energie aan het uiteenzetten van zijn ideeën en het kritisch bespreken van de werken van zijn leerlingen, opdat zij in staat zouden zijn als zelfstandige kunstenaar te kunnen functioneren. In 1972 ontslaat de minister van onderwijs hem op staande voet omdat Beuys weigert de opnamestop voor nieuwe studenten op te volgen. De verbannen prof zet zijn lessen koppig verder op het grasperk in het park naast de academie. Het ontslag leidt tot een juridische strijd die de kunstenaar uiteindelijk wint. Beuys wordt in ere hersteld en mag zowel zijn titel als zijn leslokaal in de academie blijven gebruiken.