MONOCULTURE: CASE STUDIES
Ayn Rand, "Ethics In Education", 1966
De lezing Ethics in Education (Ethiek in het onderwijs) was gebaseerd op haar essay Art and Moral Treason (The Romantic Manifesto) (Kunst en morele rede (het romantisch manifest)) uit 1965. Ayn Rand was van mening dat kunst een onmisbare rol speelt in onderwijs en morele ontwikkeling. Als een fervent aanhanger van wat zij romantische kunst noemde, bekritiseerde ze de moderne kunst, omdat die de realiteit vervormde en komaf maakte met de geest van heroïek. Romantische kunst representeert volgens haar de dingen niet zoals ze zijn, maar zoals ze zouden kunnen en moeten zijn. In haar lezingen en geschriften tracht Rand haar eigen esthetische theorie te ontwikkelen, die zich baseert op de morele principes van het objectivisme. Volgens Rand liggen esthetische oordelen of de evaluatie van kunst buiten de emotionele sfeer. Ze definieert kunst als “een selectieve herschepping van de werkelijkheid volgens de metafysische waardeoordelen van een kunstenaar.” Het doel van kunst is om de metafysische abstractie van kennis om te zetten in concreet perceptueel bewustzijn. Een kunstwerk moet dus representatief, en het onderwerp duidelijk zijn. Kunst leidt het bewustzijn en levert een concrete visie op het bestaan. Dit verklaart Rands voorkeur voor de 'heroïsche' kunst uit het oude Griekenland en de romantiek, en haar sterke afkeer van de “misvormde middeleeuwse monsterlijkheid” en moderne kunst.